banners-1170-x-3792

Pruis Schoentechniek & voetzorg viert 90-jarig jubileum

Pruis Schoentechniek & voetzorg viert 90-jarig jubileum

Geplaatst op 27-09-2022  -  Categorie: Algemeen

‘Hij ging weer lopend de winkel uit, zo gaaf!’ 


Pruis Schoentechniek & voetzorg uit Apeldoorn bestaat dit jaar 90 jaar. In 1932 start de familie Pruis een schoenreparatiebedrijf in Ugchelen. In 1957 gaat het bedrijf verder als orthopedische schoenmakerij. Nu heeft het bedrijf 14 medewerkers. Arno Brunekreeft: ‘Schoenreparatie is ons fundament. Dit blijft belangrijk: je moet in ons vak weten hoe een schoen in elkaar zit.’  

3


Een jubileum nodigt uit tot terugkijken. In de jaren ’30 start de ‘oude meneer Pruis’ bij zijn woonhuis een bedrijf dat schoenen repareert en confectieschoenen aanpast. De opleiding tot orthopedisch schoentechnicus bestaat dan nog niet. Als die opleiding van de grond komt, gaat Pruis de opleiding direct volgen. In 1957 gaat het familiebedrijf verder als orthopedische schoenmakerij. Vanaf dat moment maakt Pruis schoenen op maat voor mensen met lichte en zware voetklachten. 
 

Gordijn in woonkamer 
In 1965 voegt de heer Brunekreeft sr. zich bij het bedrijf. In 1985 overlijdt Pruis sr. Zijn zoon en Brunekreeft sr. nemen de taken over. Vanaf 2005 neemt Brunekreeft jr. – Arno – ook deel aan het bedrijf van zijn vader. 
Arno: ‘Vroeger gebruikten we in het woonhuis van Pruis samen de lunch. Mensen met een afspraak belden gewoon aan bij de voordeur. Eenmaal per week hielden we inloopspreekuur. Dan hingen we een gordijn in de woonkamer om een wachtkamer te creëren, keukenstoelen werden wachtkamerstoelen. Een slaapkamer gebruikten we als stikruimte, de vliering deed dienst als opslag voor onze leesten. Nu hebben we een eigen bedrijfspand aan de Kayersdijk in Apeldoorn.’

1


Prijzen onder druk
 
Met dat ‘de tijd nemen’ roert Arno een heikel punt aan. Een goede relatie opbouwen met de cliënt kost tijd, het uitvragen van het activiteitenpatroon kost tijd, het passen, meten en maken kost tijd. Arno: ‘Vakmanschap kost tijd. Ik hoop dat die tijd ons wordt gegund, dus dat er een goede vergoeding tegenover staat. De prijzen staan onder druk. Ik maak me soms best zorgen of het goed blijft gaan met ons bedrijf en ons pand. Of het ook in de toekomst financieel haalbaar blijft.’  

Voldoening 
Dat neemt niet weg dat het vak nog steeds geweldig veel voldoening geeft. Arno herinnert zich een Irakese jongen, ongeveer 20 jaar oud, die op een bom was gestapt. Van beide voeten waren delen weggeslagen. Hij kwam in een rolstoel binnen. ‘Hier konden we al onze kennis en kunde op loslaten. In samenwerking met de fysiotherapeut en revalidatiearts hebben we hem weer op de been gekregen. Op een gegeven moment liep hij op onze schoenen de winkel uit. Hij kon weer meedoen aan de maatschappij. Dat is dan zo gaaf!’  

Taak branchevereniging 
Arno hoopt dan ook dat de branchevereniging Orthobanda-NVOS blijft uitdragen hoe mooi zijn vak is. ‘Ik hoop dat jonge mensen voor ons vak blijven kiezen, ondanks dat het een lange weg is, want na de opleiding van 4 jaar moet je nog veel vlieguren maken om zelfstandig spreekuur te kunnen draaien. Ook mensen die nieuw in het vak komen, moeten weten hoe een schoen in elkaar zit. Natuurlijk helpt de computer ons om goede producten te maken – denk aan de 3D-scan – maar het is en blijft mensenwerk. Juist dat maakt het zo mooi!’  

2 2